Cultuur, Sport & Recreatie : 25 Januari 2006 Nieuw subsidiestelsel instandhouding rijksmonumenten van kracht
Van restauratie naar onderhoud
Klantvriendelijk, eenvoudig en efficiënt: dat is het nieuwe 'Brim'. Dit 'Besluit rijkssubsidiëring instandhouding monumenten' zet goed en planmatig onderhoud van rijksmonumenten centraal, zodat restauratie slechts incidenteel nodig is. De uitvoering van het Brim is in handen van de Rijksdienst voor de Monumentenzorg en het Restauratiefonds. Het Brim wordt per 1 februari 2006 ingevoerd en vervangt de twee regelingen voor onderhoud (Brom) en restauratie (Brrm 1997).
Lening of subsidie?
Eigenaren van woonhuizen en boerderijen zonder agrarische functie kunnen via het Brim een lening aanvragen. Deze lening, de zogeheten Restauratiefonds-hypotheek, wordt verstrekt door het Nationaal Restauratiefonds. Eigenaren van alle andere monumenten kunnen in aanmerking komen voor subsidie. Hiervoor is wel een geleidelijke instroom ingesteld, waarbij eigenaren van bepaalde monumenten eerst een aanvraag kunnen indienen. Zo kunnen eigenaren van molens, gemalen, kastelen, landhuizen en horeca-instellingen als eerste een beroep doen op Brim-subsidie voor de periode 2007-2012. Hiervoor kunnen zij tussen 1 april en 1 september 2006 een aanvraag indienen. De aanvragen worden behandeld in volgorde van binnenkomst.
Woonhuis? Dan lening
Woonhuizen zijn gebouwen die oorspronkelijk als woning zijn gebouwd of gebouwen die nu primair voor bewoning worden gebruikt. Hierbij kunt u denken aan een herbestemde kazerne, school of watertoren. In deze groep vallen níet: kerkgebouwen, kastelen, buitenplaatsen, landhuizen, gebouwen van liefdadigheid, molens en gemalen. Oók niet als ze voor bewoning worden gebruikt. Voor de woonhuizen verstrekt het Restauratiefonds hypotheken voor de kosten van instandhouding van het monument. De fiscale onderhoudskosten worden vastgesteld door Bureau Monumentenpanden van de Belastingdienst. De lening kan maximaal € 250.000,- per monument bedragen. De lening loopt maximaal dertig jaar en heeft een veel lager (vast) rentepercentage dan gebruikelijk.
Geen woonhuis? Dan subsidie
Alle andere monumenten die geen woonhuis zijn, komen in aanmerking voor subsidie. U krijgt als eigenaar alléén subsidie over subsidiabele kosten voor instandhouding van uw rijksmonument. Subsidie wordt toegekend op basis van een periodiek instandhoudingsplan voor zes jaar. Voor zogeheten groene rijksmonumenten, zoals parken en tuinen, is op dit moment niet voorzien in het Brim. Als er meer middelen voor het Brim beschikbaar komen, worden deze monumenten wel opgenomen.
Wie doet wat?
De Rijksdienst voor de Monumentenzorg (RDZM) en het Restauratiefonds voeren het Brim uit. U krijgt snel een beschikking op uw aanvraag voor subsidie of een lening. De gemeente blijft wél het loket en aanspreekpunt voor vergunningen. De RDMZ is dus verantwoordelijk voor de subsidiëring; de gemeenten voor vergunningen. Dat vraagt om de nodige afstemming. De RDMZ en de gemeenten maken hierover uiteraard goede werkafspraken.
Aanvraagprocedures
Voor de aanvraag van financiële ondersteuning in het kader van het Brim gelden twee procedures: één voor de aanvraag van een lening bij het Restauratiefonds, en één voor het aanvragen van subsidie bij de Rijksdienst voor de Monumentenzorg. Daarnaast kunt u als eigenaar bij het Restauratiefonds een rekening-courant openen voor het beheren en eventueel voorfinancieren van de subsidie.
Nog niet beginnen voor subsidiebeschikking!
Belangrijk bij het indienen van een Brim-aanvraag is dat u nog niet met de werkzaamheden mag beginnen voor aan u subsidie is verleend. Op het moment dat u dit toch doet, wordt de aanvraag voor de al uitgevoerde werkzaamheden niet toegekend. Alleen de niet-uitgevoerde werkzaamheden worden dan beoordeeld in de aanvraag.
Vergunning nodig?
Wie van plan is zijn beschermde monument te verbouwen of er iets aan te veranderen, doet er goed aan zich zorgvuldig te laten informeren. Voor veel ingrepen is, naast een bouwvergunning, een monumentenvergunning nodig. (Bron: Gemeente Den Helder)
