Algemeen : 18 augustus 2000 Technologiesector lijdt stilletjes optiepijn
AMSTERDAM - De sector waar opties tot de favoriete beloningsinstrumenten behoren lijdt in stilte. Sinds technologie uit is, zijn de rechten op aandelen niet veel waard. Werkgevers halen de bonus weer van stal.
Menig bureaula met daarin een calculator moet de afgelopen maanden bij Nederlandse technologiebedrijven niet meer zijn opengetrokken. Even snel berekenen hoeveel de optiewinst nu bedraagt, heeft aan populariteit verloren sinds begin maart de beursgraadmeter voor de technologie, de Amerikaanse Nas-daq-index, een vrije val heeft doorgemaakt. De la is bijvoorbeeld dichtgebleven bij enkele honderden werknemers van Getronics (Automatiseringsdiensten). De koers van het hoofdfonds op het Damrak is sinds de Nasdaq-crisis zo’n beetje gehalveerd. De rechten op aandelen zijn bij het Amsterdamse IT-bedrijf daarom geen gespreksonderwerp meer tijdens de lunch in de bedrijfskantine.
De managementlaag van Getronics is niet de enige groep in de technologiesector waar gesprekken over opties worden gemeden.Ook bij kabelexploitant UPC kijken werknemers niet meer vrolijk naar het digitale koersenbord achter de receptie bij de ingang van het hoofd kantoor in Amsterdam. Sinds de technologiecrisis heeft UPC ruim 60% aan waarde ingeleverd. En ook stadsgenoot Versatel, actief in telecom, huilt mee. Bij de onderneming is de koers ruwweg net zoveel gekelderd als bij UPC. Het optieleed is direct duidelijk wanneer de huidige beurskoers en de uitoefenprijs van de opties naast elkaar worden gezet. Als althans deze informatie publiek is. Versatel bijvoorbeeld laat deze gegevens in het laatst verschenen jaarverslag achterwege. Getronics vermeldt weide optiehonorering aan het personeel maar verzuimt te vertellen hoe de top precies is toebedeeld. Voor echt gedetailleerde informatie over personeelsopties bieden Philips en UPC de meest uitgebreide informatie.
Uit het jaarverslag van Getronics blijkt dat de gemiddelde uitoefenprijs van de verstrekte 3,7 mln opties op €16,93 ligt. De beurskoers van het technologiefonds schommelt al twee maand rond de € 17. De rechten op aandelen zijn daarmee geld waard, maar een feest is het niet te noemen. Ook de koers van UPC weet nauwelijks op te krabbelen na de val van de Nasdaq. Zes maanden geleden piekte het aandeel boven de € 80, nu moet de kabelexploitant al twee maanden genoegen nemen met een niveau van rond de € 3O bij een gemiddelde uitoefenprijs van een kleine € 7. Daarmee is veel optiewinst bij de werknemers van UPC weggesmolten. De technologiesector ziet de koersontwikkeling van de afgelopen tijd met lede ogen aan zich voorbijtrekken. Opties als beloning voor prestaties zijn door de dip op de markten immers minder aantrekkelijk dan voorheen. Beloningsexperts zien dan ook dat werkgevers in de hightechsector weer oog krijgen voor de oude, vertrouwde bonus. 'Ik bespeurde afgelopen maanden een duidelijke verschuiving van opties naar bonussen', verklaart Marcel Spaans, die voor Towers Perrin beursgenoteerde bedrijven adviseert over prestatie- en optiebeloning. 'Sommige technologiebedrijven zijn zenuwachtig over hoede financiële markten zich ontwikkelen. Dan grijp je naar zekerheden als bonussen.' Wel krijgt het bonussysteem een nieuw jasje aangemeten. Werkgevers stellen volgens Spaans scherpere voorwaarden aan hun werknemers. Een simpele target stellen, is er niet meer bij. De targets zijn scherper geformuleerd met als effect dat de 'incentive' royaler kan uitpakken dan voorheen, uiteraard als navenant beter wordt gepresteerd.
Het uitdelen van bonussen heeft een nadeel voor de werkgever. Waarde kosten van de opties vooral liggen bij de aandeelhouder, bloedt de werkgever voor de bonussen. Deze verhogen immers de personeelskosten, die op haar beurt weer doortikken in de winst- en verliesrekening van de onderneming. Het ligt daarmee voor de hand dat werkgevers voorzichtig zijn met te riante bonussen. De beperkte openheid in jaarverslagen over opties is nog altijd groter dan die over bonussen. In Nederland geeft alleen Philips - buiten Brits-Nederlandse ondernemingen als Unilever en Shell - een kijkje in de keuken van de extra's aan de top. Zo verdiende bestuursvoorzitter Boonstra vorig jaar bijna acht ton aan bonussen. Overigens bestaat er geen wettelijke verplichting bonussen in jaarverslagen op te nemen. Belangrijk verschil tussen opties en bonussen is de looptijd. Het recht op aandelen beloopt doorgaans minimaal drie jaar tot maximaal acht jaar. Bonussen daarentegen hebben veelal een looptijd van een jaar. Weliswaar hebben veel opties nu weinig waarde. Maar je moet deze wel bekijken over een periode van drie jaar. Of de huidige dip in de technofondsen aanhoudt, weet niemand', verklaart Spaans.
Om de opties toch waarde te geven is het naar beneden schroeven van de uitoefenprijs nog altijd een mogelijkheid. Softwarebedrijf Baan greep begin van dit jaar voor de tweede maal naar dit paardenmiddel om de uitloop van topmanagement te voorkomen. Volgens Spaans is herprijzen echter een doodzonde. Als onderneming geef je dan het dodelijke signaal af dat je niet gelooft in een hogere beurskoers. Het opgebouwde vertrouwen met je aandeelhouders is dan in een klap verdwenen. Wachten op een hogere beurskoers is dan ook het enige dat werknemers in de technologiesector rest.